-
1 not for the likes of me
niet gelijkend op -
2 unlike
adj. verschillend, anders danunlike1[ unlajk] 〈bijvoeglijk naamwoord; bijwoord〉♦voorbeelden:————————unlike2〈 voorzetsel〉♦voorbeelden: -
3 ongelijk
ongelijk1〈 het〉1 wrong♦voorbeelden:ik geef je geen ongelijk • I don't blame youhij had beslist ongelijk • clearly he was wrongiemand in het ongelijk stellen • prove someone to be/put someone in the wrong————————ongelijk22 [oneffen] uneven3 [onregelmatig] uneven♦voorbeelden:een ongelijke strijd • an unequal fight〈 wiskunde〉 ongelijke zijden/hoeken • unequal sides/angleshet is ongelijk verdeeld in de wereld • there's a lot of injustice in the world -
4 ongelijkheid
2 [oneffenheid, ongelijkmatigheid] unevenness♦voorbeelden: -
5 unalike
adj. niet gelijkend -
6 ressemblant
ressemblant [rəsãblã]2 die, dat niet verandertadj -
7 clone
n. stam; kloon, clone (het voortbrengen van identieke exemplaren door middel van a-sexuele voortplantingstechnieken); (in computers) passend, gelijkend--------v. klonen, nakomelingen scheppen door niet sexuele voortplantingclone1[ kloon] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————clone2〈 werkwoord〉1 klonen -
8 comparable
adj. gelijkend; vergelijkbaar[ koomprəbl] 〈comparably; zelfstandig naamwoord: comparability〉♦voorbeelden: -
9 kindred
-
10 wire
adj. van draad gemaakt; op draad gelijkend--------n. metaaldraad; kabel, draad; ijzerdraad; snaar; prikkeldraad; telefoon kabel; telegraaf; telegram; val (om iet te vangen)--------v. telegraferen; met een draad vastmaken; bedraden (elek.); telegram verzenden; elektronisch afluisterapparaat installerenwire1[ wajjə]♦voorbeelden:2 by wire • telegrafisch, per telegram→ live live/♦voorbeelden:————————wire2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 met (een) dra(a)d(en) vastmaken/verbinden -
11 balata
n. Canadese term voor balataboom, tropische boom met donkerrood hout dat een latexsap produceert; niet-elestische gum op rubber gelijkend gemaakt van sap van de balataboom (gebruikt in machineriemen, golfballen en andere industriële rubberproducten) -
12 vérité
vérité [veerietee]〈v.〉1 waarheid ⇒ werkelijkheid, waarachtigheid♦voorbeelden:vérité banale • gemeenplaatsconforme à la vérité • waarheidsgetrouwvérité mathématique • wiskundig principe, axiomavérité première, primitive • fundamentele waarheidc'est la pure vérité • het is echt waar〈 spreekwoord〉 il n'y a que la vérité qui blesse 〈 verdiende verwijten kwetsen het meest〉dire ses quatre vérités à qn. • iemand flink de waarheid zeggendire des vérités • open deuren intrappen〈 spreekwoord〉 la vérité sort de la bouche des enfants • kinderen en gekken (dronken mensen) zeggen de waarheidà la vérité • weliswaaren vérité • waarlijkf1) waarheid
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский